Met veel moed en enthousiasme heeft de twaalfjarige Jahnaoh Laros de rol van kinderburgemeester van Apeldoorn vervuld. Nu geeft hij het stokje door aan Sara Berk, de zesde kinderburgemeester van de stad. Jahnaoh kijkt met trots terug op een jaar vol mooie ervaringen.
“Het leukste? Dat is moeilijk kiezen,” lacht Jahnaoh. “Maar als ik er toch twee mag noemen, dan zijn het zeker de LEGO-expositie in CODA en de Dag van de Kinderburgemeester in Harderwijk.” Bij de LEGO-expositie kreeg hij de kans om een enorme LEGO-muur om te duwen, en tijdens de Dag van de Kinderburgemeester ontmoette hij andere kinderburgemeesters om samen ervaringen uit te wisselen.
Natuurlijk waren er ook uitdagingen tijdens zijn jaar als kinderburgemeester. “De bevrijding van Apeldoorn was het spannendst; daar moest ik een speech geven, gebaseerd op een gedicht dat een klasgenoot had geschreven. Het is een serieuze gelegenheid, dus je wilt het goed doen. Maar het is gelukt, en daar ben ik heel trots op.”
Maar naast de leuke momenten en uitdagingen waren er ook verrassingen. “Ik had nooit gedacht dat ik zoveel zou leren over de toekomst van Gelderland,” zegt Jahnaoh. “Ik kreeg inzicht in wat er allemaal gebeurt in onze provincie en welke plannen er zijn voor de komende jaren.”
Terugkijkend voelt Jahnaoh dat hij veel heeft bereikt, vooral op persoonlijk vlak. “Ik heb geleerd hoe je een goede speech schrijft en hoe je voor een groot publiek spreekt. Nu ben ik minder zenuwachtig voor spreekbeurten op school,” zegt hij lachend. “En als architect worden niet lukt, dan wil ik misschien wel burgemeester worden!”
En wat zou hij de nieuwe kinderburgemeester willen meegeven? “Aan Sara zou ik willen zeggen: wees gewoon jezelf. Het kan in het begin spannend zijn, maar hoe vaker je het doet, hoe gemakkelijker het wordt.”
Nu zijn tijd als kinderburgemeester voorbij is, kijkt Jahnaoh met een trots gevoel terug op alles wat hij heeft meegemaakt. “De eer en de roem ga ik zeker missen,” geeft hij toe, “maar ik ga nu mijn vrije tijd goed benutten voor school. Ik zit nu in de eerste klas van de middelbare school, en dat vraagt ook aandacht.”