Apeldoorn is één van de acht gemeenten die deel uitmaakt van de Regio Stedendriehoek. De werkorganisatie van de Regio Stedendriehoek die deze acht gemeenten vertegenwoordigt, gaat de uitdaging aan: toewerken naar een regio in balans met meer eenheid waar het ook voor volgende generaties goed leven is.
De Regio Stedendriehoek wordt gevormd door de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Deventer, Epe, Heerde, Lochem, Voorst en Zutphen, twee provincies (Gelderland en Overijssel) en drie waterschappen (Vallei & Veluwe, Rijn & IJssel en Drents Overijsselse Delta). Dinsdag 19 november jl. vond er een regionale raadsconferentie plaats in De Bronckhorsthoeve in Brummen waar circa 75 raadsleden uit de acht gemeenten met elkaar in gesprek gingen over verschillende thema’s: de zogenaamde Contourenschets 2050. Deze schets is bedoeld als strategisch gespreksdocument met oog op de huidige en toekomstige samenwerking tussen de betrokken partijen binnen de regio Stedendriehoek.
Peter Messerschmidt (wethouder in Apeldoorn en bestuurlijk opdrachtgever van de Contourenschets) gaf deze avond een toelichting op het belang van groei in de regio en benadrukte waarom gesprekken hierover juist op dit moment een kans bieden. De deelnemende raadsleden werden verdeeld in acht groepen om vervolgens aan tafel onder leiding van gespreksleiders het gesprek met elkaar aan te gaan over diverse relevante thema’s. Olaf Prinsen (burgemeester van Heerde en bestuurslid van Regio Stedendriehoek) sloot de avond af.
Avondvoorzitter Tijmen Dokter, publiekshistoricus en theatermaker, wees de aanwezigen op een mogelijke overeenkomst tussen verleden en heden, dit deed hij aan de hand van het voordragen van een passage uit de Nieuwe Apeldoornsche Courant uit 1924 om zo een brug te slaan tussen verleden, heden en toekomst van de Regio Stedendriehoek als eenheid waarbij de acht gemeenten hun authenticiteit en identiteit behouden. “Soms lijken aspecten zich te herhalen.”
19 november 1924 in de Nieuwe Apeldoornsche Courant:
‘Gistermiddag 5 uur ging plotseling het electrisch licht uit; naar men ons meedeelde tengevolge van het doorbreken van een transformator. Deze plotseling ingetreden duisternis was de oorzaak dat vele voetgangers in de donkere Hoofdstraat de koers kwijtraakten en onzeker hun weg zochten. Een eigenaardig gezicht leverden de talrijke fietsen met hunne lichtjes, die her en der dooreen krioelden. De verkeersagent die in het pikdonker stond, gaf den moed niet op en zwaaide met zijn armen in de duisternis – waarom niemand lette – men hielp zichzelf maar.
De winkels welke voorzien zijn van gaslicht, boften. Andere zaten in het donker, of behielpen zich met een kaarsje. In verschillende bedrijven ontstond stagnatie. De storing duurde ruim een uur. Een zucht van verlichting ontsnapte bij menigeen toen om half zeven de electrische bollen weer hun helder licht uitstraalden.’
Informatie: Regio Stedendriehoek