In Apeldoorn worden sinds ongeveer een jaar flexwoningen gerealiseerd aan onder andere de Kayersdijk en aan de Dubbelbeek. Deze woningen bieden tijdelijke huisvesting voor mensen die snel onderdak nodig hebben. Daarnaast doet Apeldoorn mee aan het landelijke Host-city project, waarin 200 flexwoningen worden gecombineerd met 300 permanente woningen aan de Zuidrand. Het doel is om de druk op de woningmarkt te verlichten en verschillende doelgroepen snel aan een woning te kunnen helpen.
Toch stuiten deze plannen steeds vaker op maatschappelijke weerstand. Omwonenden uiten zorgen over leefbaarheid, veiligheid en de kwaliteit van de woningen. De term “niemand wil in een kippenhok wonen” zou de kritiek op het formaat en comfort van sommige flexwoningen weerspiegelen. Voorstanders wijzen echter op de urgentie van het woningtekort en benadrukken dat flexwoningen een noodzakelijke tussenoplossing zijn. Alle reden volgens de fractie van Beter Voor Apeldoorn (BVA) om hierover actualiteitsvragen te stellen aan het college van B&W tijdens de raadsvergadering van donderdag 22 mei jl. “Het college ziet flexwoningen als aanvulling, niet als vervanging van de zogenaamde permanente woningen. Voor jongeren die voor het eerst op zichzelf gaan wonen bijvoorbeeld zou dit een uitkomst kunnen zijn,” aldus de wethouder.
De weerstand tegen de bouw van de flexwoningen heeft inmiddels ook juridische gevolgen. Bezwaarprocedures en vergunningskwesties zorgen voor vertraging en onzekerheid in de uitvoering. Gemeente Apeldoorn staat voor de uitdaging om draagvlak te behouden, terwijl het tegelijkertijd de acute woningnood probeert aan te pakken. Heldere communicatie en participatie van bewoners lijken cruciaal om het draagvlak voor flexwoningen te vergroten.
